Søren Aabye Kierkegaard:
(Kopenhagen, 5 mei 1813 – aldaar, 11 november 1855).
19e-eeuws Deens filosoof, protestants theoloog en cultuurcriticus. Omdat hij in zijn filosofisch werk het belang van persoonlijke keuzes en betrokkenheid benadrukt, wordt Kierkegaard vaak gezien als de wegbereider of eerste vertegenwoordiger van het existentialisme.
Elke waarheid is alleen maar waarheid tot op zekere hoogte; komt zij aan haar grens dan komt er een kontrapunt en wordt zij onwaarheid.
De meeste mensen jagen zo bezeten het geluk na, dat ze er aan voorbijlopen.
De verhouding tussen God en mens is doodeenvoudig zo: verlang geen openbaringen en dergelijke, maar begin met de vrijheid te nemen jezelf te zijn. Niet omdat je zelf zo belangrijk zou zijn, maar omdat Gods liefde alle haren op je hoofd al geteld heeft.
Om de waarheid te ontdekken wordt vereist: afzijdigheid van de kudde. En dat alleen al is genoeg om de mens banger te maken dan de dood. Want de mens is een kuddedier.
Ik merkte dat ik steeds minder te zeggen had, totdat ik uiteindelijk stil werd en begon te luisteren. Ik ontdekte in de stilte de stem van God.
Je zou van bijgelovigen verwachten dat zij wel genezen als ze herhaaldelijk ervaren dat hun zieke dromen niet in vervulling gaan. Toch krijgen deze steeds meer macht over hen, net als de goklust stijgt naarmate iemand meer verloren heeft.
Ouderdom verwezenlijkt de dromen van de jeugd: kijk naar Dean Swift, in zijn jeugd bouwde hij een krankzinnigengesticht, op zijn oude dag was hij zelf een gevangene.