(geboren Katharine Sergeant; 17 september 1892 – 20 juli 1977).
Amerikaanse schrijfster en fictieredacteur voor het tijdschrift The New Yorker van 1925 tot 1960. In haar overlijdensbericht, afgedrukt in The New Yorker in 1977, schreef William Shawn: “Meer dan enige andere redacteur behalve Harold Ross zelf, gaf Katharine White The New Yorker zijn vorm en zette het op zijn koers.”
Katherine S. White. Foto: wikipedia.org
Van december tot maart zijn er voor velen van ons drie tuinen: de tuin buiten, de tuin met potten en schalen in huis, en de tuin van het geestesoog.
Foto: 2023852 Betekenis: Het citaat benadrukt de verschillende manieren waarop mensen zich kunnen verbinden met de natuur, zelfs in de winter. White’s schrijven is vaak doordrenkt met een diepgaande waardering voor de schoonheid van de natuur en het tuinieren als een bron van inspiratie en vreugde. Seizoensgebondenheid: Het citaat verwijst naar de verschillende manieren waarop mensen in de winter met tuinieren omgaan. Drie tuinen: Tuin buiten: De fysieke tuin die vaak in de winter niet actief is. Tuin met potten en schalen in huis: Planten en bloemen die binnen worden gekweekt, wat een manier is om de winter te verlichten. Tuin van het geestesoog: De verbeelding en dromen over tuinen, wat een mentale ontsnapping biedt tijdens de koude maanden. Bron: Het citaat komt uit een van haar essays of brieven, waar ze reflecteert op de seizoenen en de impact daarvan op de menselijke geest en creativiteit.
Door Pieter
Mensenmens, zoon, echtgenoot, vader, opa.
Spiritueel, echter niet religieus.
Ik hou van golf, wandelen, lezen en de natuur in veel opzichten.
Onderzoeker, nieuwsgierig, geen fan van de mainstream media (MSM).